Nederland draagt 5,5 miljard euro aan de EU af en staat daarmee bovenaan

Nederland betaalt al jaren op netto basis het meest aan de EU. Echter, als we een andere definitie van afdragen hanteren, zoals die van de Europese Commissie, dan betaalde Nederland alleen in 2014 het meest. De definities verschillen in het meerekenen van de tarieven op de import over goederen die de EU binnenkomen via Nederland.

Nederland krijgt jaarlijks een korting van ongeveer 1 miljard, omdat het zoveel aan de EU afdraagt. Toch is Nederland nog steeds met Duitsland de grootste nettobetaler volgens de Rekenkamer. Als de korting niet wordt meegerekend, draagt Nederland dus bijna 1 procent van zijn de economie af aan Brussel. Echter, meneer Irrgang van de Rekenkamer stelt dat uit de overzichten van de afdracht, niet de waarde van het lidmaatschap naar voren komt. De EU brengt ons veel handel en veiligheid. Zo vraagt hij zich af hoe fijn we in Nederland zouden leven zonder het lidmaatschap van de Europese Unie.

Desalniettemin wil de Rekenkamer toch meer weten over wat we betalen aan de EU en wat we ervoor terugkrijgen. Zo is het erg moeilijk om vast te stellen welk subsidies goed besteed worden en welke niet. Als hier geen goed onderzoek naar wordt gedaan, dan is er een grote kans dat er veel geld verspilt wordt, aldus Irrgang. Zo blijk bijvoorbeeld vorig jaar dat de rijkere boeren in Nederland vooral gebruik konden maken van de Europese landbouwsubsidies.

Van alle EU-lidstaten, 28 inclusief het Verenigd Koninkrijk, zijn er 18 landen die meer geld terug krijgen van Brussel, dan ze betalen als we de definitie van de Europese Commissie gebruiken en niet die van de Rekenkamer. Als we de twee definities naast elkaar leggen, dan valt voor België op. Bij de ene definitie is België een netto-ontvanger en bij de ander een netto betaler. Dit komt doordat België een vergoeding krijgt voor het feit dat de EU in Brussel zich huisvest. Deze vergoeding wordt bij de ene definitie wel meegeteld en bij de ander niet.